“Leraren leren het meest van elkaar. Ze vinden elkaars ervaringen belangrijk voor het verbeteren van onderwijs. Deze ervaringen kunnen nog meer worden gevoed door (wetenschappelijke) kennis. In regionale kennishubs vinden daarom kennisverspreiding, vraagarticulatie en samen onderzoeken plaats in netwerken van scholen. Dergelijke kennishubs kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het versterken van regionale kennisecosystemen.” Concluderen ministers Ingrid van Engelshoven en Arie Slob n.a.v. het rapport ‘Omwille van Goed Onderwijs. Verkenning scenario’s kennisinfrastructuur onderwijs.’
‘In opdracht van het ministerie van OCW heeft de Galan Groep een verkenning uitgevoerd naar de mogelijkheden om de kennisinfrastructuur voor het onderwijs te versterken.’ Knelpunten die de onderzoekers binnen het onderwijs tegenkwamen: – er is de nodige kennis, maar deze is vaak niet in overzichtelijke en bruikbare vorm voor het onderwijs (en het beleid) beschikbaar. – weinig onderlinge deling van kennis en weinig vertaling van lokale kennisopbouw via co-creatie naar generieke kennis; – beperkte onderzoeks- en evaluatiecultuur op scholen; – weinig aandacht voor sectoroverstijgende vraagstukken.
Voor mij is het meest zorgwekkend de ‘beperkte onderzoeks- en evaluatiecultuur op scholen’. Zo komen we natuurlijk nooit tot een samenleving van een ‘leven lang ontwikkelen‘ en dat i.c.m. de opkomst van EdTech…..
In tweeënhalf jaar tijd zijn autonome voertuigen, robotica en kunstmatige intelligentie er opmerkelijk snel op vooruitgegaan. Maar de wereld is daarmee niet veranderd, op zijn kop gezet door automatisering en disruptieve technologieën, net zo min als de arbeidsmarkt. Ondanks enorm investeringen zijn de technologische deadlines opgeschoven, als onderdeel van een normale evolutie, terwijl ademloos gevolgde beloften veranderen in proeftuinen, in bedrijfsplannen en (te) vroege implementaties – allemaal het ijverige, zij het het prozaïsche werk om echte technologieën te laten werken in een echte omgeving, dat om te voldoen aan de eisen van hardnekkige/eigenwijze klanten en managers.
Maar als ons onderzoek de dystopische visie van robots die arbeiders van fabrieksvloeren laten verdwijnen of kunstmatige intelligentie die menselijke expertise en oordeelsvorming overbodig maakt niet bevestigde, maakte het onderzoek wel iets duidelijk dat even schadelijk is: midden in een technologisch ecosysteem dat een stijgende productiviteit oplevert en een economie die veel banen oplevert (tenminste tot de COVID-19-crisis), vonden we een arbeidsmarkt waarin de vruchten ongelijk verdeeld zijn, vruchten leidend naar de top van de organisaties en de top van de samenleving zodat de meerderheid van de medewerkers maar een heel klein beetje proeft van een enorme oogst.
96% van de Nederlandse bedrijven verstelt het proces van digitalisering van de werkprocessen m.b.v. disruptieve technologieën als robotica, machine leren, kunstmatige intelligentie, onder invloed van de gevolgen van Covid-19 voor hun organisatie. Dit blijkt uit het zojuist door het World Economic Forum gepubliceerde ‘The Future of Jobs Report 2020‘. Nu was de invloed van disruptieve technologieën op werk en werknemers al eerder cruciaal onderwerp in vorige TFoJ rapporten, deze keer zorgt de combinatie met Covid-19 voor dat wat de onderzoekers van het WEF ‘a double-disruption scenario for workers‘ noemen.
Toezien op de ruimtelijke kwaliteit van de gebouwde en de groene leefomgeving door toepassing van vergunningverlening, toezicht en handhaving, inclusief het mogelijk maken van nieuwe ontwikkelingen.Bekijk alle vacatures
“Vanaf 1 september wordt van het 23 verdiepingen tellende gebouw alleen nog tot en met verdieping 12 gebruikt. Daarboven wordt het ingewikkeld.”, “Werkloosheid kan tot langdurige ontmoediging en een verder verlies van kennis en vaardigheden leiden. Een versnelling van de trends van digitalisering, automatisering en robotisering verandert de vraag naar werknemers.”. “O.i.v. COVID-19 transformeert McGregor’s Theorie Y (zelfmanagement) terug naar Theorie X (controle).”, “Als je op afstand werkt, kan je werkgever zich uiteindelijk realiseren dat jij bij uitstek vervangbaar bent door iemand anders die je taak goedkoper doet aan de andere kant van de wereld.”.
‘Zo maar’ 4 citaten uit berichtgeving deze week gerelateerd aan (mogelijke) gevolgen van covid-19. Het 1e betreft het provinciehuis in ‘s-Hertogenbosch, het 2e betreft rapportage van het Centraal Planbureau, het 3e is een artikel van Wharton prof Peter Cappelli, het 4e een artikel van Financial Times editor Andrew Hill. De ‘rode draad’: de coronapandemie leidt tot ingrijpende veranderingen, of kan op z’n minst daartoe leiden. Ze gaan over bedreigingen maar ook over kansen.
“Er een onverwachte, verraderlijke academische dreiging op het toneel: een revolutie in kunstmatige intelligentie heeft krachtige nieuwe automatische schrijfhulpmiddelen gecreëerd.
Dit zijn toepassingen die zijn geoptimaliseerd voor het schrijven van school- en universiteits opdrachten, basis voor een potentieel succes voor studenten dat moeilijk, zo niet ronduit onmogelijk, te voorkomen is.”
Op kunstmatige intelligentie gebaseerde taalmodellen maken het momenteel niet alleen eenvoudiger voor bloggers, schrijvers, journalisten e.a. om iets te publiceren, ook voor studenten is het nu een stuk eenvoudiger hun eindresultaten in te leveren. Er zijn al meerdere apps hiervoor beschikbaar. De vraag wordt dan interessant: hoe reageer je hierop niet alleen als onderwijsinstellingen, wie of wat leverde de opdracht in? Maar ook als samenleving: wat is de waarde nog van een diploma?
‘Collegezaal of thuis?’ vroeg ik recent op de Erasmus campus aan 3e en 4e jaar Master studenten. Hun reactie: ‘Thuis, nu we er toch aan gewend zijn.’
In diezelfde periode vroeg een (iets) oudere generatie Masterstudenten me of er voor het volgen van de lessen ook een alternatieve virtuele ruimte mogelijk was? Dat was ook niet voor het eerst.
In de afgelopen 2 studie-/collegejaren, een periode waarin ik voor ruim 75% virtueel of op afstand les gaf, heb ik mezelf voorgehouden dat didactiek nooit ten koste mag gaan van techniek. Mijn voorkeur heeft een persoonlijke ontmoeting maar ik merk dat ik binnen studeren op afstand resp. virtueel onderwijs ook mijn weg heb gevonden.
Kijk ik naar resultaten van studenten en kijk ik naar de evaluaties van de MC’s/colleges dan merk ik daarin geen achteruitgang. Sterker nog: de waardering die studenten uitspreken ligt zelfs fractioneel hoger. Maar dat zegt waarschijnlijk meer over hun eerdere ervaringen.
In het artikel ‘Studenten na corona nog steeds minder op universiteit‘ stelt één van de univ’s “Studeren is een sociaal proces waar studenten van en door elkaar leren.” Idd maar of daarvoor het leslokaal/de collegezaal voor de huidige generaties de enige oplossing is, d.i. voor mij nog maar de vraag.
Wat me opvalt op de campus is dat ik daar vooral jonge buitenlandse studenten zie, en terecht anders hadden zij zich wel virtueel ingeschreven/aangesloten. Ook zie ik dat er een nieuw gebouw wordt gerealiseerd en dat terwijl de huidige gebouwen niet meer volledig worden benut.
Het zal nog ‘even’ duren voordat het onderwijs educational technology omarmt en dat terwijl er in de diezelfde studie-/collegezalen aan studenten het vak verandermanagement wordt onderwezen….
Overheid update 300422
‘Goede leraren zijn de belangrijkste bepalende factor voor kwalitatief goed onderwijs. Leermiddelen zijn daarbij het belangrijkste instrument voor de leraar. Met de groeiende digitalisering in zowel samenleving als onderwijs zijn digitale leermiddelen als instrument voor de leraar steeds belangrijker geworden.’ Bron: Digitaal onderwijs goed geregeld | Rapport | Rijksoverheid.nl (NB; d.i. het nu dus nog niet.)
Over de mogelijke vervanging van de leerkracht door kunstmatige intelligentie, op termijn, geen woord…..
Tech update 210821
“Facebook heeft donderdag een test gelanceerd van een nieuwe virtual reality-app voor werken op afstand, waarbij gebruikers van de Oculus Quest 2-headsets van het bedrijf vergaderingen kunnen houden als avatarversies van zichzelf.” #Metaverse gaat van start…..
Het FD: “Volgens Silicon Valley-kenners is het #metaversum de volgende stap in de evolutie van technologie en de logische opvolger van het internet.” https://lnkd.in/ep4HPgaG
“Het metaversum is een poort tot vrijwel alle digitale ervaringen”, stelt Mathew Ball “een belangrijke component van fysieke ervaringen en het volgende arbeidsplatform.” Bron https://lnkd.in/eiwjuaDd
‘Eenvoudig’ gezegd: #augmentedreality#virtualreality#mixedreality in één. Dit lijkt misschien op ‘een ver van mijn bed show’ als FB niet zou zijn gestart met Horizon Workrooms.
Als je nu als particuliere of publieke onderwijsinstelling start met een ‘klaslokaal’ of ‘collegezaal’ in een metaverse vorm, #edtech, en je zoekt daarvoor een docent: ik meld me aan.
Dat geldt overigens ook als je organisatie klanten wil consulteren, adviseren binnen cq vanuit het metaversum, bij deze: willem@willemscheepers.eu
Coronavirus update 150320: nu het er naar uitziet dat de scholen dicht gaan, zijn er mogelijk alternatieven om lessen toch door te kunnen laten gaan, m.b.v. alternatieven zoals:
Khan Academy, een non-profit om iedereen te voorzien van gratis onderwijs;
er zijn meerdere toepassingen die een ‘online leeromgeving’ creëren genaamd ‘virtual classroom‘;
open een YouTube kanaal, plaats daarop je lessen in video formaat en/of pas ‘live stream‘ toe;
combineer je YT kanaal met Slide Share, daar kun je in Power Point je lessen plaatsen.
NB; virtueel onderwijs in rudimentaire vorm werkt, in 1e instantie, ook:
—————————————
“Terwijl ze in haar autonome auto naar de les rijdt, leest de student de notities die geprojecteerd staan op de binnenkant van de voorruit, tegelijkertijd gebaart ze met haar handen om het 3D-model van haar architectuurproject te vormen.” How Technology Is Changing the Future of Higher Education. Begin dit jaar sprak ik met een jonge student, later dit jaar studeert zij af als tandarts. Op mijn vraag of er tijdens de opleiding is stilgestaan bij de invloed van robotica resp. kunstmatige intelligentie op het tandarts vak?. Reageerde ze dat techniek een onderdeel was van de opleiding maar dat haar vak binnen afzienbare tijd ingrijpend zou kunnen transformeren, nee dat niet. Is het ethisch jongeren op te leiden voor een vak dat er straks niet meer is?
“Zolang mensen hebben gewerkt, hebben technologische ontwikkelingen hun manier van werken veranderd. De uitdaging vandaag is op twee manieren anders: het tempo van technologische veranderingen is versneld en de impact van technologie op banen wordt gevoeld op taak- en vaardigheidsniveau.” Betting Big on Employee Development.
“In de kern is het sociaal contract de impliciete relatie tussen individuen en instellingen.” Jean ‑ Jacques Rousseau in zijn politiek-staatkundige verhandeling ‘Du Contrat Social, ou Principes du Droit Politique’ (1762). De geschiedenis leert dat de discussie over het sociaal contract het meest prominent is in tijden van brede economische, sociale en politieke onrust: “Growing automation adoption and the introduction of artificial intelligence in the workplace are likely to be disruptive. Prior work suggests that between 40 million and 150 million workers in advanced economies may have to change occupational categories, and almost everyone’s job will change.” signaleert het McKinsey Global Institute (MGI) in het rapport ‘The Social Contract in the 21st century‘. Het wordt tijd om de filosoof Rousseau opnieuw uit de kast te halen.
“De mens wordt vrij geboren maar steeds is hij geketend. Er is iemand die denkt dat hij de meester van anderen is, maar hij is meer verslaafd dan zij. Hoe is deze verandering tot stand gekomen? Ik weet het niet. Wat kan het legitiem maken? Dat is een vraag die ik denk te kunnen beantwoorden.” Zo kwam Rousseau aan zijn ‘sociaal contract’.
Stress-gerelateerd ziekteverzuim leidde in 2017 tot 11 miljoen verzuimdagen en kostte werkgevers in totaal € 2,8 miljard, dat is per werknemer omgerekend € 8.100 euro. Meldt TNO deze week. In dezelfde periode besteedde een werkgever, volgens het CBS, ca. € 1.100 per werknemer aan opleiding en ontwikkeling; vandaar de titel.
TNO hanteert als definitie: “Werkstress is stress die, voor een groot deel, veroorzaakt wordt door factoren op het werk.”. TNO noemt als een belangrijke oorzaak ‘digital detox’. “Bijna de helft (47%) van de werknemers is vaak of altijd buiten werktijd bereikbaar, 60% maakt (bijna) altijd gebruik van de PC of smartphone voor communicatie en 28% van de werknemers ervaart informatie-overload: zij krijgen zo veel informatie dat zij dat niet meer kunnen verwerken.” ‘Werkdruk’ wordt door TNO ook als oorzaak aangevoerd voor werkstress, daarentegen mogelijke ander oorzaken als ‘stijl van leidinggeven’ c.q. ‘organisatiecultuur’, nauwelijks; (toch) opvallend.
Zelfrijdende auto’s, thuisassistenten van APPLE en GOOGLE, slimme thermometers, handige bank apps, volledig gerobotiseerde productiehallen, zoekfuncties die juristen supersnel aan correcte wetteksten helpen, kassa-loze supermarkten, etc. etc. ‘Zo, zo, verrassend.’
De technologische veranderingen in je leef- en werkomgeving nemen in rap tempo toe maar in je portemonnee merk je niets van al deze technologische ontwikkelingen. Deze ontwikkelingen staan dankzij Daron Acemoglu en Pascual Restrepo dan ook bekend als een “so-so technology: a strong labor-displacing technology, but it has very modest productivity value.”. Nieuwe technologie vervangt (overigens niet alleen) kassamedewerkers maar of de efficiency voor en de ervaring van de supermarktklant daarmee verbetert? Twijfelachtig, zo is proletarisch winkelen nu onmogelijk gemaakt (sic.). Dat terwijl deze vervanging voor de winstgevendheid van AH een mooie stap is.
“Technologische vooruitgang leverde de afgelopen vier decennia productiviteitsgroei op. Maar productiviteitsgroei vertaalde zich niet in maatschappelijk breed gedeelde welvaart.” concluderen onderzoekers in het zojuist verschenen rapport ‘MIT’s Task Force on the Work of the Future.‘
“We willen digitaal koploper van Europa worden met Nederland als pionier en proeftuin op het gebied van verantwoorde digitale innovatie.” Aan ambitie ontbrak het niet in de in juni 2018 door de regering gepubliceerde Nederlandse Digitaliseringsstrategie met als subtitel ‘Nederland digitaal – Hier kan het. Hier gebeurt het’. Deze strategie kent 2 ‘sporen’: Spoor 1 ‘Maatschappelijke en economische kansen benutten’, Spoor 2 ‘Versterken van het fundament’. Mooi, maar wat ontbreekt in deze strategie dat zijn, mogelijke, scenario’s. Je kan niet uitgaan van dat ene scenario waarop jij hebt gehoopt: ‘koploper worden’. D.i. zoiets als rekenen op de volledige winst in de Eindejaarsloterij. Dat gaat ‘m niet worden; althans: niet voor iedereen.
Zeker niet ‘digitaal koploper worden’ door ieder EU land, want NL is niet het enige EU land dat een ‘digitaliseringsstrategie’ ontwikkelt. Het Verenigd Koninkrijk is een ander voorbeeld. Ook de Britse Overheid houdt hierbij geen rekening met scenario’s: ‘one way and that’s the high way‘. Interessant is nu dat recent The Royal Society for the encouragement of Arts, Manufactures and Commerce aan de Britse Overheid een voorstel doet voor 4 scenario’s v.w.b. ‘the Future of Work‘ zodra het over digitalisering gaat. Onder het motto ‘beter goed gekopieerd, dan slecht zelf bedacht’, is het m.i. leerzaam eens te kijken naar dat wat The RSA voorstelt.
D-Day, 06 juni 1944, tussen de 150.000 mannen die op de stranden van Normandië landen bevindt zich één vrouw: de legendarische journaliste Martha Gellhorn. Nu, 75 jaar later, is het opnieuw D-Day en dat niet voor één vrouw maar voor miljoenen vrouwen. ‘D-Day’, niet omdat het hier vandaag oorlog is maar omdat banen die m.n. door vrouwen worden ingevuld, worden bedreigd door de gevolgen van kunstmatige intelligentie in dit ‘tijdperk van automatisering’.
“Tussen de 40 en 160 miljoen vrouwen over de hele wereld dienen voor 2030 over te stappen naar een ander beroep, vaak naar hoger opgeleide functies.” Dat concludeert het McKinsey Global Institute (MGI) na onderzoek over de invloed van het ‘tijdperk van automatisering’ op de huidige banen. Vervolgens worden er conclusies getrokken die m.n. ingaan op banen die momenteel voor een belangrijk deel door vrouwen worden ingevuld. Het rapport is getiteld: “The future of Women at Work: Transitions in the age of automation.”