Vrouwenquotum: ideaal of no-go?

Als je in de 2e helft van je loopbaan zit en je hebt in recente decennia met regelmaat het glazen plafond geprobeerd te doorbreken zonder dat het brak, zonder dat er maar een barst in verscheen, kan ik me voorstellen dat voor het restant van je carrière een vrouwenquotum op een goed moment komt. Behoor je echter tot een jongere generatie vrouwen dan vraag ik me af of het vrouwenquotum wel zo ideaal is voor een carrière die nog enige tijd gaat duren. Onze dochters raad ik iig niet aan in te gaan op een voorstel van een nieuwe uitdaging bij een werkgever die daarvoor in 1e instantie het wettelijk quotum hanteert.
Op het moment dat ik het bericht las in Het FD ‘Vrouwenquotum voor raden van commissarissen van grote bedrijven‘ dacht ik aan 2 recente berichten: in het NRC ‘Is hier bij defensie nog wel plek voor mánnen?’ resp. (opnieuw) in Het FD ‘We moeten wennen aan een ‘hele grote mevrouw’ als Sigrid Kaag.’
De opmerking van de (niet alleen witte) mannelijke cadetten is terecht want: als je een groep bevoorrecht is het gevolg dat je een andere groep benadeelt. Als je ziet/leest wat er allemaal over Sigrid Kaag wordt uitgestort, dan lijkt de Top voor een vrouw, maar ook voor iemand uit een ondervertegenwoordigde groep ‘a Hell of a Job‘.